Na een lange dag
langs de prachtige monumenten van
Angor Wat zochten we wat te eten op de kleine
strip met toeristische restaurantjes. De prijslijst was in dollars. Bijna alles
koste één dollar. We kozen een klein restaurantje waar twee dames druk in de
weer waren om een paar tafeltjes te bedienen. Een paar tafeltjes met ieder twee
gasten en ieder twee gerechten: dat was al heel wat variatie. De curry smaakte
heerlijk. Maar het meest memorabel was nog wel een blik in de keuken. Een klein
hokje met een snijplank op de grond en een twee-pits-gasstel met een gasfles.
Daar toverden ze alles voor elkaar.
Uit mijn dagboek in december 2000:
"Onder "Cambodiaans eten" stonden op de menukaart gerechten met vreemde namen als Amok en Lokluk. De eerste was een soort kerriesoep met heel veel groente, de tweede groente in een soort gebonden tomatensaus. Allebei bijzonder lekker. Ook de komende dagen gingen we in hetzelfde restaurantje eten, en het bleef zo goed smaken, dat woorden als "het lekkerste dat ik ooit gegeten heb" in mijn hoofd kwamen. En dat alles werd klaargemaakt op een twee-pits-fornuisje. Als een ander tafeltje eerder besteld had, moest je dus wel heel lang op je eten wachten."
Geen opmerkingen:
Een reactie posten