Een intercontinentale
avondvlucht vanuit Nederland had ik nog zelden of nooit gehad.
Iedere keer was Schiphol
weer wat verder ontmenselijkt. Zelf je bagage labelen kenden we al. Maar de
doe-het-zelf paspoortcontrole was nieuw. Daar stond weer tegenover dat het
fouilleren nog ouderwets handmatig ging, en erg grondig. Dat was wel nadat de
moderne doorkijkmachine daar om vroeg.
Toen we na een kopje koffie
de F-pier inliepen, kwamen we sneller dan verwacht in een derde-wereld omgeving
(terwijl dat niet eens onze bestemming was).
Het eerste toiletblok dat ik bezocht, was een vergeten uithoek:
onverwarmd en lang niet schoongemaakt, en met Aziatische mannen die de deur niet
sloten. Voor de security check, die
nog niet geopend was, was geen zitruimte. In een gang stonden een paar
betonmengbakken om water uit het lekkende dak op te vangen. Bij de ingang van
de security check hing een
handgeschreven briefje, vastgeplakt met een sticker, dat er vanaf hier geen
toiletten meer zouden zijn. Uit het plafond, een soort systeemplafond zonder de
systeemplaten, hing een opgerolde kabel met een groot label er aan met het
opschrift "danger". In de
slurf hingen bij de verschillende uitgangen handgeschreven briefjes met
"rij 1-5" en "rij 10-44". Gelukkig hadden we niet rij 6, 7,
8 of 9. En ja, die waren er wel in het vliegtuig.
Aan boord van het
KLM-toestel was alles gelukkig beter op orde. De service was erg vriendelijk.
Al bleef het krap en heel, heel erg lang. De stoel was allesbehalve comfortabel
en na 'n uur of drie had ik pijn in mijn benen en rug, maar daarna werd het
tenminste niet nog erger. Een vlucht zonder overstappen betekende wel een hele
lange zit, 12 uur zonder een keer de benen te kunnen strekken, maar na de
landing was je er dan ook echt. En dat was ook wel weer fijn.
De aankomstterminal van
KLIA was heel wat mooier dan de vertrekterminal op Schiphol. Het was een
satelliet van modern glas en staal rondom een stukje tropisch regenwoud. Met
een treintje verbonden met het hoofdgebouw.
In eerste instantie ging de
aankomst nog redelijk goed, door paspoortcontrole en bagageband. Daarna
begonnen er dingen mis te gaan.
Eerst konden we geen
geldautomaat vinden. Toen we een groepje van drie vonden, waren er
verschillende toeristen met problemen. Van de een was het pasje ingeslikt. De
ander kreeg er geen geld uit. De derde was alleen voor binnenlands gebruik. Ook
wij kregen geen geld. Ik realiseerde me dat we vergeten waren onze betaalpasjes
voor internationaal gebruik aan te melden. Hoe kon ik zo dom geweest zijn zo
iets belangrijks te vergeten? Terwijl het toch al weer een paar jaar zo werkte.
Gelukkig hadden we 50 Euro contant bij ons voor noodgevallen. Die konden meteen
ingezet worden. Intussen verloor ik het sleutel-setje voor de koffersloten,
maar een voorbijganger wees me daar op. Toen even later bleek dat we geen
stekker-adaptor bij hadden, was duidelijk dat het dit jaar niet meer goed zou
komen. Ik dacht dat Maleisië het Thaise systeem had - niet dus - en E. had
helemaal niet gedacht. Gelukkig konden we er een lenen van de hotelreceptie.
Waar we moesten uitleggen dat we geen geld hadden voor de borg.
Intussen waren we met de
vliegveldtrein de stad ingereden, en met de LRT, een soort skytrain, naar ons wijkje. Vanaf het station was het even zoeken
naar de juiste uitgang. En omdat alles dichter bij elkaar lag dan ik dacht, was
ik even de orientatie kwijt. Het begon zachtjes te regenen maar het was lekker
warm op straat.. Om half zeven, oudejaarsavond, vonden we ons hotel.
De hotelkamer was eenvoudig
en wat kaal, maar schoon en alles leek heel. We woonden heel centraal, precies
tussen China Town en Little India. Een gezellige buurt met veel straatleven.
Meteen zag je kenmerkende mix van Maleise, Chinese en Indiase culturen.
Na de nachtvlucht gingen we
het niet redden op te blijven voor oud en nieuw. Ik werd nog wel even wakker
van het geluid van de vuurwerkshow - centraal georganiseerd zoals het een
beschaafd land betaamt.
Kuala Lumpur
Kuala Lumpur is een grote,
drukke stad. Maar bovenal een bruisende stad waarin de drie bevolkingsgroepen
van Maleisië naast en door elkaar leven, wat het uiterst kleurrijk maakt. Aan
het bonte straatbeeld droegen de Indiase en de Maleise dames meer bij dan de
Chinese. De Maleise vrouwen droegen meestal fleurige kleurige hoofddoekjes die
pasten bij de rest van hun outfit.
Buiten India had ik nog
nooit zo'n keus aan vegetarische restaurants gezien - en die keus was hier dan
ook nog eens veel breder. Waar ik vaak in een stad binnen de kortste keren een
stam-restaurant had, bleven we hier maar nieuwe plekken ontdekken en aten
zelden of nooit twee keer hetzelfde.
Natuurlijk is het ook een
stad van tegenstellingen: nieuw en oud, arm en rijk, schoon en vies, traditionele
openluchtmarkten en koele shopping malls, modern en conservatief. Oudbouw en
lelijke hoogbouw. Snelwegen en metrolijnen zigzaggen onder en over elkaar heen,
soms een onneembare barrière voor voetgangers.
Wij vermaakten ons met een
paar bezienswaardigheden maar vooral met het te voet verkennen van
verschillende wijken, die allemaal hun eigen karakter hadden. Chinatown en
Little India hoef ik verder niet te beschrijven. Bukit Bintang was de nieuwe happening place met shopping malls,
uitgaansleven en een Arab Strip.
Onafhankelijkheidsplein werd omringd door koloniale gebouwen in wat de Engelsen
een Oosterse stijl vonden. Onder het spoor door waren wat straatjes die ineens
rustiger waren en waar nog oude Chinese winkeltjes zaten met houten voorraadkasten.
Lake Gardens huisde groots opgezette instituten in moderne architectuur. Voor
ons hotel was een pleintje met de klokkentoren, waar altijd wel wat mensen
flaneerden.
Heel bijzonder was het
stukje regenwoud aan de voet van de telecom-toren. Het was het enige stukje in
de wijde omgeving dat aan kap was ontsnapt, en hoe klein ook, je voelde je
meteen in een andere wereld. Het gezoem van onzichtbare insecten overstemde het
autoverkeer op de achtergrond. Eeuwenoude bomen torenden hoog boven je uit.
Miniscule spinnetjes en muggetjes wisten je meteen te vinden met hun
warmte-gevoelige zoek-organen.
Regen
De noordoost moesson was de
hevigste van de afgelopen 40 jaar. Samen met erosie door ontbossing had dat in
december tot zware overstromingen geleid, vooral in het oosten en het midden
van het Maleisische schiereiland. Tweehonderdduizend mensen waren geëvacueerd,
dertig omgekomen, enkele dorpen compleet verwoest. Maar nu leek het ergste
voorbij.
De avond dat we aankwamen,
hadden we wat motregen. De dagen daarop verliepen van zwaar bewolkt via licht
bewolkt tot zonnig. Wel trok het iedere middag rond vier uur dicht met
dreigende donkere wolken, maar die barstten pas een keer open: een heuse
tropische stortbui. De temperatuur was steeds bovenin de 20, maar als de zon
even door kwam, was het meteen echt warm.
India
De oplettende lezer valt
het misschien op dat een reis naar Maleisie beschreven wordt in een "India
nieuwsbrief". Deels wil ik daarmee wat consistentie inbouwen. En net als bij
eerdere gelegenheden zijn er ook echt India-connecties te over. In Kuala Lumpur
is de Indiase gemeenschap heel zichtbaar aanwezig. Voor een deel zijn het
families die hier al generaties wonen, nadat ze door de Engelsen hierheen
gehaald waren. En een deel zijn
gastarbeiders zoals ze hier uit alle armere Aziatische landen zijn. Er zijn
Zuid-Indiase restaurants die er 100% authentiek uitzien, Bollywood bioscopen,
Tamil boekwinkels, winkels met puja-benodigdheden, typische
kruideniers-winkeltjes met van alles en nog wat. De gastarbeiders zie je op het
balkon van hun pension tussen de lungi's en overhemden staan terwijl ze met een
klein spiegeltje hun haar kammen, en staan op hun vrije middag op straat te
praten en te roken. De gezinnen gaan naar het park en naar restaurants - ook
niet-Indiase. De mode is misschien nog wel gevarieerder dan in Zuid India zelf,
omdat Noord-Indiase en westerse invloeden gemakkelijker infiltreren. Mouwloze
shurida's, hoge hakken, zelfs rokjes mengen zich met traditionele sari's.
Voor wie toch meer over
India zou willen lezen dan in deze nieuwsbrieven staat, verwijs ik naar andere berichten op ditzelfde blog, o.a. het mini-feuilleton:
Kuala Lumpur, 6 januari 2015
Geen opmerkingen:
Een reactie posten