maandag 17 juni 2024

Euro2024 - een culinaire reis langs de EK landen

Van 14 juni tot en met 14 juli 2024 wordt in Duitsland het Europees Kampioenschap voetbal gespeeld: Euro2024. We eten iedere dag een gerecht van een van de landen die die dag speelt.

Speelschema Euro2024

Lees iedere dag het gerecht op de Waterlily facebook pagina.

Gerechten en recepten uit eerdere toernooien: WK2022 en Euro2020

Poule fase

Schotland

14 juni 2024. Vandaag is de openingswedstrijd in Munchen: Duitsland - Schotland (5-1).

Er komen waarschijnlijk nog méér speeldagen met Duitsland dan met Schotland, dus hebben we vandaag voor een Schots gerecht gekozen: haggis.

Haggis recept

Hongarije 

Keulen, Hongarije - Zwitserland 1-3

Wij eten karfiolleves, Hongaarse bloemkoolsoep.

Polen 

Hamburg, Nederland - Polen 2-1

Na wat inleidende schermutselingen de voorafgaande twee dagen, is vandaag het EK dan echt begonnen. Misschien een beetje moeizamer dan je zou willen, maar zo is er nog ruimte om in het toernooi te groeien.

Wij eten vandaag een "zwarte" Poolse saus met peper en pruimencompôte. (Oorspronkelijk werd de saus zwart van de verkoolde stro die er in zat, maar dat is aangepast.) Daarbij een zuurkoolschotel die welliswaar niet volgens  Pools recept gemaakt is, maar hé, zuurkool...

Roemenië 

Munchen, Roemenië - Oekraïne 3-0

Vandaag speelt oa Roemenië tegen Oekraïne. In eerdere edities hebben we al Oekraïens gegeten, dus nu Romeens. Een heerlijke zachte peren-walnoten taart, de vegan variant.

Recept peer walnoot taart

Turkije 

Dortmund, Turkije - Georgie 3-2

We eten vandaag Swooning Imam.

Er gaan veel verhalen rond over hoe dit aubergine-gerecht aan deze mooie naam komt. Een ervan is dat de imam trouwde met de dochter van een olijfolie-handelaar. Ze kreeg als bruidsschat 12 vaten olijfolie mee.Hij dacht voor de rest van zijn leven voorzien te zijn. Tot hij zag hoe veel olijfolie ze iedere dag gebruikte en de kelder leegraakte. Toen viel hij flauw.

Het recept dat wij gebruiken is een combi uit het kookboek Veggiestan van Sally Butcher en dit Swooning Imam recept.

Duitsland 

Stuttgart, Duitsland - Hongarije 2-0

Iedereen heeft nu een keer gespeeld, alle grote voetballanden hebben gewonnen. Duitsland en Spanje het meest overtuigend. 

Vandaag eten we Currywurst. Vegan worstjes met een pittige zelfgemaakte curry saus. Geserveerd met Sauerkraut und Kartoffeln.

Currywurst saus


Engeland

Frankfurt, Engeland - Denemarken 1-1

De Engelse cuisine is geen feest. Daarom wijken we uit naar een land waar ze een nauw verweven geschiedenis mee hebben.

Lees hier over o.a. de Engelsen in Zuid India, terwijl wij in een Zuid Indiaas restaurant eten.

2000 jaar komen en gaan in Kerala




Frankrijk

Leipzig, Nederland - Frankrijk 0-0

Bij Franse uiensoep krijg je wel een heel erg jaren '70 gevoel. Maar het bestaat nog steeds. Nu ook in vegan varianten. Met dit recept is het eigenlijk best lekker. 

Franse uiensoep


Georgië

Hamburg, Georgië - Tsjechië 1-1

Georgië is een van de vijf landen die deels in Europa en deels in Azië liggen. Maar ze doen helemaal mee in het toernooi en hebben hun eerste EK punt te pakken.

Wij eten vandaag lobio, een bonenschotel met walnoten.



Zwitserland

Frankfurt, Zwitserland - Duitsland 1-1

Drie van de vier landen die vandaag spelen, zijn deze week al aan bod gekomen in de
#Euro2024 food challange. Logisch dus dat we vandaag #zwitsers eten, rösti.

Albanie

Dusseldorf, Albanie - Spanje 0-1

"Not all of us can do great things. But we can do small things with great love." - Mother Teresa

Fërgesë is een traditioneel Albanees gerecht dat populair is bij samenkomsten. Dus ook als je samen voetbal kijkt.
Met een extra schepje chili poeder was het verrassend en lekker. Misschien moeten we ons eens verder verdiepen in de Albanese keuken.

Soms lijkt het alsof het halve Zwitserse team uit etnische Albanezen bestaat, dus laten we hopen dat er ook nog een paar goede voetballers in Albanie zijn achtergebleven, al is het maar om een beetje partij te bieden aan titel-favoriet Spanje.



Oostenrijk

Berlijn, Nederland - Oostenrijk 2-3

Zigeuner schnitzel met paprika rijst.

"Zigeuner schnitzel is een heerlijke Oostenrijkse klassieker die je met gemak thuis kunt maken. " 
Wij doen het met een nep-schnitzel. Eigenlijk zijn we niet zo van de vleesvervangers, meestal zijn ze te vet, te zout, en bevatten ze weinig voedingsstoffen.
De naam is niet meer van deze tijd, nu noemen we het Balkan- of paprika-schnitzel.

Zigeuner saus

Belgie

Stuttgart, Belgie - Oekraine

Patates frites met vlaamse mayonaise.

Knock-out fase

Italie

Berlijn, Zwitserland - Italie 2-0

Vandaag speelt o.a. Italie tegen Zwitserland. Bovendien start de Tour de France vandaag in Italie. Reden genoeg voor het meest Italiaanse van alle gerechten: pasta!
We serveren het met Spinazie-à-la-crème en tomatensalade in de tri-colore.


Spanje

Keulen, Spanje - Georgie 4-1

Vandaag speelt o.a. favoriet Spanje tegen het verrassende Georgië. Wij eten vandaag tortilla, de spaanse aardappel-omelet.


Frankrijk 

Dusseldorf, Frankrijk - Belgie 1-0

Vandaag spelen o.a. onze zuiderburen (waarvan we laatst patat frites gegeten hebben) tegen hun zuiderburen (waarvan we laatst uiensoep gegeten hebben). We eten doperwtjes. Er gaat niets boven kakelverse jonge doperwtjes, maar bij gebrek daaraan bereiden we ze a la francaise, d.w.z. afgeblust en met sla erdoorheen. Geserveerd met Provencaalse aardappeltjes.


Roemenie

Munchen, Nederland - Roemenie 3-0

"Maar als hij er niet is, weet je pas wat je mist" - over Frenkie de Jong

Vanavond speelt Nederland tegen Roemenie. Wij eten een Transylvaanse bonen-puree met gecarameliseerde uien. Geserveerd met seitan en geroosterde worteltjes en cous-cous.



Kwartfinale, Stuttgart, Duitsland - Spanje 1-2

Dit is misschien wel het mooiste affiche van het hele toernooi. Topfavoriet Spanje tegen thuisland en medefavoriet Duitsland.

We eten vegetarische paella. Een gerecht dat volgens de Valenciaanse taalpolitie niet kan bestaan, want iets mag alleen paella heten als er vis of zeevruchten in zwemmen. Gelukkig vallen wij niet onder hun jurisprudentie.
Wist je dat paella gemaakt wordt met risotto-rijst?




Kwartfinale, Berlijn, Nederland - Turkije 2-1

Er wordt wel gezegd dat dit een thuiswedstrijd is voor Turkije, omdat er zoveel Turken in Berlijn wonen. Maar in Amsterdam West was het ook volop feest toen Turkije zich plaatste voor deze kwartfinale. Dat belooft dus een enorm festijn te worden.

We eten Turkse pizza. Het verschil met Italiaanse pizza zit 'm vooral in de topping. We maken tempeh-nep-gehakt, reepjes sla en knoflooksaus.


Halve finale, Munchen, Frankrijk - Spanje 1-2

Toen Columbus op reis ging om India te bereiken via de westelijke route, belandde hij per abuis in Amerika. De bewoners daar werden Indianen genoemd en de Spaanse kolonien werden Las Indias genoemd. In Sevilla staat een prachtig gebouw met El Archivo General de Indias. 

Om de band tussen Spanje en India alsnog tot stand te brengen, eten we vandaag Indiaas. Bovendien is het een herinnering aan de voormalige Franse koloniale posten in India (Pondicherry, Karaikal, Mahe en Yanam).
Rijst, dahl en bietjes.

Dahl

Als toetje een Franse slag: vegan chocolade mousse, gegarneerd met frambozen uit eigen tuin. Tip: als je dit aan gasten voorzet, vertel dan niet wat het hoofd-ingredient is.




Halve finale, Dortmund, Nederland - Engeland 1-2

"Van de nood een deugd maken."
We weten allemaal dat de Engelse keuken niets voorstelt. Misschien kunnen Engelsen ook niet koken, en is dat de reden dat bonen-uit-blik-op-toast hun bekendste gerecht is?
We eten het vandaag als lunch, maar dan wel met een heerlijke zelfgemaakte tomatensaus. Op heerlijk zelfgebakken brood.




Finale, Berlijn, Spanje - Engeland 2-1

Met deze finale sluiten we een maand af met oude en nieuwe recepten uit bekende en onbekende landen. Net zo avontuurlijk als het toernooi zelf.

Uit sommige reacties op deze blog en de bijbehorende Facebook posts, blijkt dat sommige mensen denken dat we enkel en alleen recepten en foto's van internet halen. Maar daar blijft het niet bij: we koken iedere dag wat we posten, en het zijn allemaal onze eigen foto's!!

Toen iedereen één keer gespeeld had, schreven we al dat Spanje het beste speelde. Dat hebben ze het hele toernooi volgehouden én ze hebben van alle grote voetballanden gewonnen. De terechte winnaar dus.

Een populair vegetarisch gerecht in Spanje is espinacas y garbanzos. Je kunt het zelfs in glazen potten in de supermarkt krijgen. Dat kan een uitkomst zijn als je op reis bent. Maar nu maken we het vers.


Engelse Scones. Maar dan wel zoals Maartje ze maakt.




Tenslotte

Tot over twee jaar, 11 juni 2026 in Mexico City !










zondag 9 juni 2024

Brood blog 2: Gluten zijn een godsgeschenk.

Ver verleden

Als we kijken naar de evolutie van de mens, en hoe de mens het overheersende wezen op onze planeet werd, blijft het nog altijd een vraagstuk waar de mens precies die voorsprong op andere wezens nam. Daarom bestuderen we hoe en wanneer de mens rechtop ging lopen. Een andere factor is de plaats van de duim ten opzichte van de andere vingers, waardoor de mens beter gereedschappen (stenen, stokken) kon vasthouden. Taal wordt algemeen gezien als een cruciale stap.

Minder bekend is de bijdrage van de gluten-tolerantie, die veel andere volwassen primaten niet hebben: er zijn aanwijzingen dat de mens door zijn vermogen granen te eten, toegang had tot een nieuwe voedselbron, rijk aan bouwstoffen (eiwitten), energie (koolhydraten) en vezels. Ja, gluten zijn eiwitten.

Daarmee werd het met name beter mogelijk om in gematigde klimaten te overleven, en dus hele nieuwe werelddelen te bevolken.

Voor degenen die een rol van god willen zien in de evolutie van de mens, zou je dus kunnen zeggen dat gluten een godsgeschenk zijn.

Recent verleden

Minder dan een procent (1%) van de mensen heeft een gluten-intolerantie. Maar doordat een paar quasi-serieuze boeken met pseudo-wetenschappelijke pretenties gebaseerd op verkeerde aannames onverwacht populair werden, verbeeldt een steeds grotere groep mensen uit de westerse middenklasse zich dat ze ook een gluten-intolerantie hebben. Als sommigen van hen zich met een glutenvrij dieet tijdelijk beter voelen, is dat deels te danken aan de extra aandacht die ze dan besteden aan alles wat ze eten, en deels aan het placebo effect.

Het is jammer dat de mensen die écht een gluten-intolerantie hebben, hierdoor minder serieus genomen worden.

Sommige mensen zijn overgevoelig voor bepaalde suikers die in tarwe zitten, en verwarren dit dan met gluten-intolerantie. Je kunt dan wel zuurdesem-brood eten. Dit is een eenvoudige manier om er achter te komen of dit ook voor jou geldt. Zie ook reacties onder dit artikel.

Heden en toekomst

Dankzij moderne technieken zijn er in deze eeuw van overvloed genoeg alternatieven voor granen en brood.  Het is dus heel goed mogelijk een glutenvrij dieet te volgen. Maar het kost je geld en het kost de wereld grondstoffen. Het is een luxe die weinigen zich kunnen veroorloven maar velen wordt opgedrongen.

Hopelijk is 99% van de mensen binnenkort weer verstandig genoeg om brood een plaats te geven in een uitgebalanceerd dieet. Wil je brood eten waar geen extra gluten aan zijn toegevoegd (ja, ze zitten in "broodverbeteraar" in fabrieks-brood) of zo-wie-zo weten wat er in zit, dan kun je je eigen brood bakken.


Meer lezen

Een eenvoudig, lekker en gezond broodrecept vind je HIER.

Lees hier de andere brood-blogs.

2015-2017-2019-2024

vrijdag 15 maart 2024

Thailand Reisverslag 2024/1 De groene kant van Bangkok

Bangkok is een heerlijke stad, levendig en afwisselend. Ik kom er graag en vaak. Midden tussen de chaos en drukte vind je de echte hidden gems, de mooiste plekjes, de aardigste mensen, de verrassendste straatjes, de best verzorgde poezen. Maar soms wil je even ontsnappen aan de drukte, het lawaai, de warmte en de viezigheid.

Ik beschrijf hier drie uitstapjes in Bangkok waarvan twee in het groen en een op het water.

Wandeling door Bang Kachou, Samut Prakan

Vandaag maakten we een excursie naar de "groene long" van Bangkok, een groot gebied ingesloten door een lus in de rivier. Eerst namen we de bus (47 vanaf National Stadium), een heel oud barrel, door de gaten in de houten vloer zag je de weg. Tegelijk hadden we een scherm dat de haltes aangaf. Het verkeer reed redelijk door, behalve een keer waar we rechtsaf moesten slaan en de rijbaan die we over moesten steken maar niet vrijkwam omdat ook daar het verkeer stokte. Een andere bus forceerde een doorbraak. Na 40 minuten waren we bij het eindpunt.


Eerst een kopje koffie bij Amazon. De twee (!) dames achter de toonbank begeleiden ons naar de toiletten, die een beetje verstopt lagen in een lege markt ernaast. We sloegen proviand in bij een van de twee 7-Eleven's die aan weerszijden van het Amazon Café lagen. Dan een korte wandeling naar de pier. De Chao Phraya was hier al een stuk breder. Links zag je de haven en zeeschepen liggen. Met een klein bootje werden we overgezet.

Eerst was er nog een stuk vol huurfietsen en geparkeerde motoren, maar al snel liepen we door het groen, tussen kleine huisjes en akkers. Het voetpad dat we een paar km volgden, was een verhoogde betonnen loopbrug. Prachtig. Je hoorde allerlei vogels zingen in de bomen en dieren ritselen in de bladeren, maar je zag ze meestal niet.


Na een dik uur kwamen we bij de botanische tuin, een aangelegd park. We wandelden door het achterste deel waar geprobeerd werd de drie soorten oorspronkelijk bos terug te laten groeien, waaronder appel-mangrove, gekenmerkt door de kleine luchtwortels die uit de grond schieten. Het was groen en luchtig en rustig, en daarom was de hitte goed uit te houden. Aan de rand van het park was een doorgang gemaakt naar een klein cafeetje net buiten het park. Daar konden we een welkom koel drankje nemen.

Al met al zeker 2½ u gelopen voor we terug waren bij de jetty. Met de busreis erbij was het een dag-vullende excursie.

Phi Suea Samut Fort, Paknam, Samut Prakan

Nog een keer een flinke excursie. Het begon met 40 minuten in een koude BTS naar Pak Nam. Het werd al snel minder druk, terwijl je op de perrons aan de overkant, de stad in, wel veel mensen stonden.

Vanaf Paknam BTS wandelden we de stad in. Het voelde meteen anders: de lucht was helderder, minder benzinedampen en meer zeelucht. En het voelde wat minder mondain en wat meer provinciaal. We stopten bij Inthanin, een coffeeshop voor een prima kopje koffie.
De coffeeshop had geen toilet. Maar wijs geworden door eerdere ervaringen begreep ik het meisje toen ze gebaarde: naar buiten, naar links, naar links. Daar was inderdaad een smal gangetje. En achterin was een draaihek waar je 5 baht in kon gooien. Daarachter waren toiletten.

We wandelden door naar de markt, door de markt, aan de achterkant was een pier. Een middenmaat houten boot kwam al snel aanvaren. Het was een hele drukte de rivier over. Tussen grote vrachtschepen en marineschepen door staken we over en legden aan ácher Phi Suea Samut eiland.

We waren vlak bij de monding van de Chao Phraya in zee, dus dit was brak en getijde gevoelig. In de modder onder de loopbrug van de ponton naar de wal, was een mudskipper festijn gaande. Zulke grote hadden we nog nooit gezien, tot wel 20cm lang. Die zagen er eng uit. Meestal zaten ze stil, maar soms kropen ze met hun vinnen over de modder of zwommen ze weg. Kleinere, van zo'n 10 cm, hadden mooie groene kleuren en een rugvin die ze soms opzetten. Dan kwam er soms nog een krab uit een gat in de modder gekropen, met een angstaanjagend grote schaar.


We liepen door een iets kleinere markt naar de straat. Rechtsaf, langs een rijtje winkels waarvan de meeste gesloten waren, richting de tempel. Door een vreemd soort half vervallen gebouw kon je de trap op naar de hangbrug over de zijarm van de rivier die langs deze kant van het eiland liep. Dat kleine eiland was grotendeels een natuurreservaat met mangrove, slangen, vleermuizen en grote witte vogels. Via een betonnen pad op palen kon je naar de zuidpunt waar een fort lag. Om de riviermonding te bewaken. Er waren ruimtes voor manschappen, munitie, kanonnen en periscopen. Er was een standbeeld voor een admiraal en een tentoonstelling met posters over een incident met de Fransen.


Tot dan toe was het een redelijk koele ochtend geweest, maar de wandeling terug was toch wel warm. Terug aan de Paknam kant liepen we naar het OK restaurant, dat via social media een beetje aan de weg timmerde. Het was ook leuk ingericht en de eigenaar was een enthousiaste man. Hoewel ze ook veg opties aanprezen, hielden die niet over.

We liepen naar de grote uitkijktoren. Die paste in de traditie dat hier werd uitgekeken naar schepen die over zee aankwamen. Hoewel het vandaag niet helder was, had je toch een prachtig uitzicht helemaal van de rivier tot de zee. De eerste kilometers waren goed te zien, de hoogbouw van downtown Bangkok was te vaag.

Er was een elevated walkway van de toren naar het BTS station. Maar de juiste verdieping en deur vinden in de toren viel niet mee. En toen bleek de walkway gesloten. Waarom was niet duidelijk. Dus liepen we toch langs drukke wegen naar de BTS.

Ook dit was bijna een dag-vullende excursie.

Drie-boten-tocht

Net als Amsterdam is Bangkok een stad met veel kanalen. Ik had een rondje door de stad bedacht waarbij je drie verschillende boten neemt. We begonnen bij de Hua Chang pier, net ten zuiden van Rachathewi BTS, maar je kunt ook opstappen aan het noordeinde van diverse Sukhumvit sois: bv 3 15, 21, of zelfs helemaal bij de Bang Kapi pier waar de Yellow Line komt.


Door het Saen Saep kanaal varen grote boten met hoge snelheid, wilde golfslag en blauwe rookwolken achterlatend. Ze zijn erg populair voor woon-werk-verkeer. Bij de pieren worden ze niet echt vastgelegd maar met een touw even tegen de steiger getrokken. Snel in- en uitstappen en weer weg. Kleine huisjes zijn tot dicht langs het kanaal gebouwd, je keek er zo naar binnen.

We stapten uit bij de Bo Bae pier, die midden in een kleding markt ligt. Net als bij de metro, skytrain, monorail en trein zijn overstappunten niet erg gecoördineerd. Het was dus een flinke wandeling naar de volgende steiger: Yek Lan Luang aan Krung Kasem road. Deze boot vaart niet zo vaak: in het weekeinde een keer per uur, en door de week alleen in de ochtend- en avondspits. Een kleine elektrische boot kwam langzaam aanvaren, met maar een handjevol passagiers. Kalm voeren we het Krung Kasem kanaal af. Dit was breder, de oevers waren mooier, er lagen drukke wegen langs.


Bij het eindpunt moesten we weer een stuk lopen, langs sluizen en een pompstation, waar het kanaal uitkomt op de Chao Praya rivier. Hier is de Thewes pier. Hier leggen de boten aan, door ahw achteruit tegen de drijvende steiger te varen. Over de rivier varen tientallen grote boten die een belangrijke OV functie hebben. Er waren ook volop andere boten, toeristenboten, ferry’s, vrachtschepen - dus het was een hele drukte, een heel gemanoeuvreer voor de kapitein, en soms wild schommelen in de golven. We voeren een half uurtje mee. We kwamen langs allerlei bezienswaardigheden zoals het koninklijk paleis en Wat Arun. Daar kun je uitstappen, of nog even blijven zitten. Vanaf de Marine Department pier kun je door het zuidelijke stuk van China Town wandelen. Of vanaf Sathorn pier kun je BTS terug naar het centrum nemen.

Meer

maandag 12 februari 2024

De onzichtbare arbeiders aan de Burma spoorlijn (en nog twee spoorlijnen)

Station Nong Pladuk is een typisch Thais stationnetje 65 km ten westen van Bangkok. Bescheiden houten stationsgebouw, mooi onderhouden bloemperkje met kunstig geschoren heg, en hoogstwaarschijnlijk scharrelt er een kip. Maar dit is een bijzondere plek. Als je de trein naar het westen neemt, rijd je vanaf hier over een spoorweg die door dwangarbeiders in de oorlog is aangelegd.


Naast het perron ligt een groot rotsblok met een gepolijst vlak met daarop een inscriptie in het Thais, Engels en Japans. ‘Thai-Burma railway starting station’. In september 1942 begonnen de Japanners hier met de aanleg van de Thaise kant van de Thailand-Birma spoorweg, ook bekend als de ‘death railway.’ In Burma waren ze toen al drie maanden bezig met bouwen. 



Een dik jaar later was de lijn klaar. 415 kilometer spoor, waarvan honderden kilometers door ondoordringbare jungle. Aangelegd onder onmenselijke omstandigheden door Nederlandse, Britse en Australische krijgsgevangenen. Dacht ik altijd. En dat klopt, maar het is niet het hele verhaal. Er waren ook anderen. Heel veel anderen. En dat niet alleen, er waren ook nog andere spoorlijnen die minstens even verschrikkelijk waren, maar die volledig onbekend zijn gebleven. 


De Japanners hadden begin jaren ‘40 in hoog tempo grote delen van Zuidoost Azië veroverd. Indonesië (toen nog Nederlands-Indie), Singapore, Maleisie, Burma. Thailand bleef in naam zelfstandig, maar tekende na een Japanse aanval snel een samenwerkingsverdrag. Zo kon het gebeuren dat de Japanners spoorlijnen gingen aanleggen op Thais grondgebied. 


De Burma spoorlijn was de eerste. Het doel van deze spoorverbinding was om troepen en goederen naar Burma te kunnen verplaatsen zonder langs Singapore te varen. Deze zeeroute werd steeds gevaarlijker door geallieerde aanvallen op Japanse schepen. 


De statistieken van deze spoorweg zijn huiveringwekkend. 30.000 Britse krijgsgevangenen werden ingezet, van wie bijna 7000 het niet overleefden. De volgende grootste groep waren de Nederlanders. Bijna 18.000 mensen, meest gevangengenomen in het toenmalige Nederlands-Indie. Zo’n 2800 van hen kwamen om. Dan had je nog 13.000 Australiërs, van wie er ook 2800 omkwamen. Voor wie de tel is kwijtgeraakt: dat zijn in totaal ruim 61.000 krijgsgevangenen die aan de spoorlijn hebben gewerkt, en 12.600 doden.


Dat zijn duizelingwekkende aantallen. Geen wonder dat de herinnering aan de aanleg van deze spoorlijn levend wordt gehouden. Er zijn grote militaire erebegraafplaatsen voor degenen die zijn omgekomen. Er is een herdenkingscentrum, gefinancierd door de Australische overheid. En dan is er natuurlijk de film ‘The Bridge on the River Kwai’, en boeken geschreven door en over ooggetuigen. 


Nederlanders die aan die brug hebben gewerkt, merkten op dat zij in de film geen enkele rol spelen. Alsof ze er niet waren. De focus is op de Britten. In het Australische herdenkingscentrum zie je ook een beperkte blik, hier gaat het vrijwel uitsluitend over de Australiërs. En die beperkte blik, die laat een andere, nog veel grotere groep arbeiders vrijwel volledig buiten beschouwing. 


Even terug naar de aantallen. 61.000 krijgsgevangenen werkten aan de Burma spoorlijn. Maar de Japanners zetten ook Aziatische arbeiders in. En dat waren er bijna drie keer zoveel. Naar schatting 177.000 mensen. Zo’n 85.000 van hen overleefden het niet. 


Waarom krijgen zij zo weinig aandacht? Zeker, ze worden genoemd, op gedenkstenen en informatiepanelen. Maar meer als voetnoot dan als de hoofdmoot die ze vormden. Ten dele komt dit vast doordat vrijwel geen van deze mensen kon lezen en schrijven. Er zijn geen dagboeken of aantekeningen die persoonlijke ervaringen invoelbaar maken. En - misschien nog wel belangrijker - na de oorlog was er niemand die zich om hen  bekommerde. En dat heeft weer te maken met hun afkomst. 


De grootste groepen waren Burmezen en Tamils. De Tamils waren door de Britten uit Zuid-India naar Maleise rubberplantages gehaald, maar hadden sinds de uitbraak van de oorlog daar geen werk - en dus geen eten - meer. De Japanners ronselden hen met beloften van eten en een beetje loon. In Burma werden lokale arbeiders gedwongen om aan de spoorlijn te werken. Beide groepen waren afkomstig uit koloniale gebieden van Groot-Brittannië en hadden dus geen eigen regering die voor hen opkwam. De Britten hadden wel wat anders te doen direct na de oorlog, en zo werden zij aan hun lot overgelaten. 


Deze arbeiders werden ook door de Japanners anders behandeld dan de krijgsgevangenen. Ze kregen nog minder eten en hun leefomstandigheden waren nog beroerder. En er is geen administratie bewaard gebleven. Van elke omgekomen krijgsgevangene is precies bekend waar en wanneer hij is gestorven en begraven. Maar van de Aziatische arbeiders weten we niets zeker. Er zijn geen graven, en geen gegevens. De aantallen zijn schattingen die wellicht nog te bescheiden zijn. 


De focus op de westerse krijgsgevangenen verklaart misschien ook nog iets anders. Er waren namelijk nog twee vergelijkbare spoorwegprojecten, die al helemaal in de vergetelheid zijn geraakt. Wellicht omdat die lijnen vrijwel volledig door Aziatische dwangarbeiders zijn aangelegd. 


In april 1943, terwijl het werk aan de Burma spoorweg nog in volle gang was, begonnen de Japanners aan een spoorlijn van 220 km dwars door de jungle van Sumatra, van Pekan Baroe aan de oostkant naar Moeara aan de westkant. Officieel was deze ruim twee jaar later klaar, op de dag van de Japanse overgave, 15 augustus 1945. 


Veelzeggend is dat sommige bronnen aangeven dat de aanleg in mei 1944 begon. Vanaf dat moment werden namelijk ook krijgsgevangenen ingezet. Maar de bouw was toen dus al ruim een jaar bezig. In totaal werkten zo’n 100.000 Aziatische dwangarbeiders aan deze spoorlijn, van wie naar schatting 70% overleed. Vanaf 1944 kwamen daar 4000 krijgsgevangenen bij, van wie 700 omkwamen. 


Aan deze spoorlijn werkten ook veel Javanen. Net als de Tamils in Thailand werden de overlevenden na de oorlog door de Nederlandse koloniale overheid aan hun lot overgelaten en nooit teruggebracht naar Java. 


In juli 1943 kwam er nog een project bij: een spoorlijn die de oostkust en de westkust van Thailand zou verbinden, dwars over het smalste deel van Thailand. Deze Kra Isthmus spoorlijn (de Kra is een rivier) werd in een paar maanden voltooid door 60.000 a 100.000 dwangarbeiders, voornamelijk uit Maleisië. In Chumphon is nog altijd een vulpijp voor stoomlocomotieven te zien uit die tijd.


In de zomer van 1943 werd er dus aan drie spoorprojecten tegelijk gewerkt, met inzet van ongekende aantallen Aziatische arbeiders die ook in ongekende aantallen het leven lieten. Het geeft de indruk dat de Japanners de Aziatische arbeiders zagen als een soort wegwerpartikelen waarvan oneindige voorraden beschikbaar waren.


Onlangs reed ik over de Burma spoorlijn. Ik bezocht een museum en een herdenkingscentrum. Ik hoorde ooggetuigenverslagen van Australische krijgsgevangenen als onderdeel van een audiotour. Ik zag de eindeloze rijen grafstenen op de grote erebegraafplaats. Ik was ontroerd door de tekeningen die sommigen in hun metalen etenstrommels hadden gekrast.  


Van de Aziatische arbeidskrachten heb ik geen persoonlijke getuigenissen gezien of gehoord. Maar ik heb wel iets heel belangrijks geleerd. Zij vormden het leeuwendeel van het totale aantal arbeidskrachten, op deze spoorlijn en de twee andere. Zij werden nog slechter behandeld, hadden een veel kleinere overlevingskans en werden na de oorlog aan hun lot overgelaten. 


Dat er zo weinig aandacht is voor hun aandeel en hun lot, ligt zeker niet alleen aan hen, aan het feit dat ze ongeletterd waren of geen Engels spraken. Om je verhaal te kunnen vertellen, heb je mensen nodig die naar je willen luisteren. En voor deze groep gold dat die er nauwelijks waren. En zo zijn ze dubbel tekort gedaan. Als ik nog eens over de Burma spoorlijn rijd, zal ik aan hen denken. 



Bronnen


Dit verhaal is gebaseerd op de volgende informatiebronnen:


Informatiepanelen en website van de Thai-Burma Railway Centre in Kanchanaburi (website: https://www.tbrconline.com/) - hier ontdekte ik het bestaan van de andere twee spoorwegprojecten


Het herdenkingscentrum bij Hellfire Pass en de website van de Australische-Nieuw-Zeelandse strijdkrachten https://anzacportal.dva.gov.au/wars-and-missions/burma-thailand-railway-and-hellfire-pass-1942-1943/



Informatie over de spoorlijn op Sumatra (Pekan Baru railway)

Imperial War Museum website https://www.iwm.org.uk/history/the-sinking-of-prisoner-of-war-transport-ships-in-the-far-east


https://www.pekanbarudeathrailway.com/


Informatie over de Kra Isthmus spoorlijn:

https://chumphonplaces.blogspot.com/p/kra-isthmus-railway.html



Voor een informatief en goed geschreven ooggetuigenverslag van een Nederlandse krijgsgevangene die aan de Burma spoorlijn werkte, lees vooral deze blog. 

        https://mainzerbeobachter.com/de-brug-over-de-kwai/

Nagekomen verhaal van de zoon van een van de Tamil werkers aan de spoorlijn: 

zondag 23 juli 2023

Piramide te paard

 

Mei 1990, een weekje naar Cairo. Toen was dat met afstand de grootste stad waar ik ooit geweest was. De drukste, de meest chaotische, de heetste. De lastigste plaats om je hotel en je vervoer en je eten te regelen.

Natuurlijk wilden we ook naar de wereldberoemde pirami­des van Giza. Vanaf een hoger punt in de stad kon je de toppen boven de horizon zien uitsteken, ook al lagen ze 10 km verderop. Toen we het hotel uitkwamen, sprak een stu­dent ons aan, hij zou graag zijn engels oefenen. Hij was ook zo vr­ien­delijk ons te begeleiden in de taxi naar de piramides. De aan­komst was al indrukwek­kend, hoe die gigantische driehoekige monumenten omhoog rezen uit het woestijnzand. Onze student leidde ons langs een kleurrijk terrein waar paarden- ezels- en kamelen-ritjes werden aange­boden, naar een stoffig pleintje iets ver­derop, waar zijn neef een ritje te paard aanbood. Eerst een rondje om de piramides heen, alvorens er in te gaan, leek me wel wat. We onderhandelden een heel gunstige prijs. Ik vond paarden wel een beetje eng, maar door het mulle zand lopen leek ook geen goed idee.


Met wat hulp bestegen wij en onze begeleider de paarden en gingen op pad. Stapvoets door het witte woestijnzand langs de eerste piramide. Toen rechtdoor langs wat hutjes die aan een groene strook langs wat water lagen. Dat was wat verder dan ik verwacht had. We gebaarden eens vragend en er werd terugge­baard als 'een stukje verderop moeten we zijn'. Nou ja, we zouden wel zien.

Na een tijd begon de woestijn weer. De begelei­der gaf wat klikjes met z'n tong en de paarden gingen in galop. Het enige wat je nog kon doen was proberen je vast te klampen aan het paard, maar daarbij werd je vreselijk door elkaar geschud. En maar hopen dat dat paard ook in de buurt van de begeleider wilde blijven - al waren de onderlinge afstanden soms honder­den meters. Op deze manier viel er weinig te genieten van het onwezenlijke landschap van zand en glooiende zandrotsen.

Dieptepunt was toen mijn paard jeuk kreeg en even op z’n rug in het zand wilde schuren en rollen. Ik  kon er net op tijd afspringen om niet in de verdrukking te raken. De begeleider zette ons allebei weer rechtop. En verder ging het. We hadden intussen geen flauw idee waar we waren. Met de begeleider konden we niet communiceren en op eigen gelegenheid door de woestij dolen was ook geen optie. Ik had geen behoefte te ontdekken waaraan je eerder ten prooi zou vallen: de dorst of de hitte.


Na een paar uur (!) maakten we een korte stop in een tent in de woestijn. Niet ver daarna dook op wat als 'het doel' werd aangeduid: een door de tijd aangetaste trap-piramide. Ernaast waren opgravingen van gangen met muurte­keningen etc, waar we rondkeken. Pas later zou blijken op wat voor bijzondere plek we waren: de piramide van Sakara (Saqqarah), die 30 kilometer ten zuiden van Giza ligt, en met 4650 jaar voor zover bekend de álleroudste is.



Alleen... terug met die paarden? Onze begeleider duidde nog aan dat de terugrit inbegrepen was. Maar daar hadden we helemaal geen zin in. Bovendien zouden we het niet voor het donker halen. Gelukkig was het eenvoudig een auto als 'taxi' te charteren, terug naar Cairo.

De volgende dag reisden we bont en blauw naar Luxor. Alles deed pijn. Op de terugweg zijn we nog extra rechtstreeks van het vliegveld naar Giza gegaan. Zo hebben we alsnog de piramides van dichtbij en van binnen gezien.


Mei 1990, December 1995, Juli 2023

Meer

Meer reisverhalen en anekdotes uit het Midden Oosten.