1993. De Soviet-Unie was uit elkaar gevallen. Oekraïne was een heel jong zelfstandig land, dat net z’n eerste pasjes zette en nog geen eigen munt had. We gingen naar Kiev, Moskou en Sint Petersburg.
Dagboeknotities van toen.
Dag een
Het vliegveld van Kiev. Langs de
kant stonden een heleboel vliegtuigen met de motoren ingepakt. Blijkbaar staat
een groot deel van de voormalige Aeroflot vloot permanent aan de grond. De
vrachtauto's hadden nog zo'n vooruitstekende neus en motorkap. En ook de
tranfer-bussen hadden zo'n zelfde vrachtauto-voorkant. Het stationsgebouw was
een opmerkelijke creatie van beton, ijzer en glas.
Op zoek naar een restaurant bleek
er niet veel aanbod te zijn. Maar in een hotel, waar we eerst tevergeefs naar
binnen keken, nam iemand ons mee, door allerlei gangen en trappen naar het
allerbinnenste, waar dan toch ineens een zaaltje bleek te zijn! Met veel
bewerkt hout langs de muren, en zo'n beetje half vol met zo te zien plaatselijke
inwoners. De menukaart was niet echt te ontcijferen, zelfs niet met ons 'Russisch
op reis' boekje, en ook de conversatie met de serveerster was niet eenvoudig.
Uiteindelijk kreeg C vis, en ik aardappelsalade. Echt veel was het niet. Als
toetje koffie en, heel extravagant, chocolade.
De rekening was 35.000 coupons (20
gulden) en de serveerster kreeg bijna een hartaanval van de fooi van 2000
coupons - dat was veel te veel. (Oekraïene had nog geen “echt” geld, er werd
gewerkt met tijdelijke coupons. Maar ook dan kon je blijkbaar in twee jaar
genoeg inflatie hebben om in duizendtallen te moeten werken.)
Met de metro terug naar het hotel.
C zou een foto maken hoe ik de metro-muntjes kocht. Daar stelde de mevrouw
achter het loket geen prijs op, ze drukte op een of andere alarmknop, en meteen
kwam er ergens een agent vandaan die C bestraffend toesprak. Fotograferen
verboden in de metro!
In de bar van het hotel, ergens
verstopt op een tussenverdieping, ging ik nog even een fles drinkwater kopen -
maar oh wat een schok toen ik daar een flinke slok van nam, en het wodka bleek
te zijn! Eerst dacht ik dat me door de vele nullen achter ieder coupon-bedrag
niet was opgevallen dat ik een liter sterke drank gekocht had, maar bij nader
inzien was wodka niet duurder dan flessen drinkwater.
Dag twee
De 'Sophia Kathedraal'. Aan het
eind van de straat doemde de allereerste gouden ui-koepel op! 'Sophia' was een
ommuurd kloostercomplex met tuinen, perkjes, een klokkentoren en een
15de-eeuwse kathedraal in het midden, die juist op donderdagen niet van
binnen te bezichtigen was. Werkelijk een oase van rust, midden in de drukke
stad. Even rustig op een bankje in het zonnetje gezeten.
Richting rivier gelopen, en
evenwijdig daaraan afgezakt. Aan de oever stond de 'Boog ter ere van de
hereniging van Oekraïne en Rusland' - een soort metalen regenboog.
Vlakbij, wel erg dicht aan een drukke straat, was een soort van café waar we een soort van lunch konden krijgen - aanmaaklimonade, stokbrood en komkommer met mayonaise - die we op het terras konden nuttigen.
Dag drie
Met bus en metro naar 'Arsenaal'.
De metrostations zijn ware kunstwerken. Soviet-kunst wel te verstaan met veel zwaar
beton, bombastische reliëfs, maar ook kroonluchters!
We gingen verder vanaf het punt waar we gister gebleven waren: evenwijdig aan de rivier afzakken, nu tot 'Kiëvo-Petsjerskaja Lavra', een gigantisch kloostercomplex, waar we dan ook bijna de hele dag waren. Omringd door witte muren, gebouwen met groene daken en gouden spitsen. O.a. de voormalige monniken-verblijven bekeken; een klokkentoren beklommen met weids uitzicht over Kiev; de ruïnes van een kathedraal; een nog rechtopstaande kathedraal vol muurschilderingen. In nauwe donkere tunneltjes lagen gemummificeerde kloosterlingen in nissen. Ik ging er eerst zonder kaars in, wat niet handig bleek toen ik ineens niet meer vlakbij andere bezoekers was. Er liepen ook nog levende kloosterlingen rond, in pij, vaak opvallend jong, en hele oude vrouwtjes.Uiteindelijk verder naar het gigantische ‘moeder moederland’-monument van vrouw-met-schild-en-zwaard, uit staal, wel 100 meter hoog, in een park gelegen. Aan de voet ervan het monument 'ter ere van de grote patriottische oorlog' (de tweede wereldoorlog): meer dan levensgrote reliëfs van soldaten met helmen en bajonetten. Maar wat het vooral een onwerkelijke atmosfeer gaf, was dat er continue marsmuziek klonk. Behalve de gebruikelijke eremedailles, werden hier ook grammofoonplaatjes van die muziek als souvenir te koop aangeboden.
Vandaar een heleboel trappen
afgedaald en een tijdje aan de oever van de Dnjepr gezeten. Van oma tot
kleinkind waren present. Er zaten vissers, die vooral wier opvisten. Je kon
hier ook de metro-brug zien, met de treinen die daarvoor nog onder de hoge
heuvel langs de oever gegaan waren.
Wederom tevergeefs naar een
aanbevolen restaurant gezocht; toen wat brood en appels en komkommer gekocht;
en weer terug naar het centrum waar we koffie met cake als avondeten nuttigden.
Dag vier
Ja, Kiev is leuk, de sfeer is
ontspannen, de mensen goedlachs. We worden geregeld in het Russisch
aangesproken, en dat geeft de nodige hilariteit. En zelfs mensen die eerst wat
nors doen, draaien meestal snel bij.
Opvallend is ook hoeveel gebouwen
gerestaureerd worden, en dat in het centrum betonnen nieuwbouw ontbreekt,
waardoor alles architectonisch met elkaar in evenwicht is. En hoe schoon de
straten zijn en dat er nauwelijks een buitenlander te zien is.
Het geld blijft moeilijk om aan te
wennen: veel is spotgoedkoop, andere dingen (drinkwater, chocolade) hebben
'onze' prijzen, en door de vele duizenden coupons, en de grote verschillen,
ben je de verhoudingen soms even kwijt.
We raakten aan de praat met de schaffnerin
die wat Duits kon, en met Lena, een blonde Georgische bouwkundige uit Kiev, die
op weg was naar haar grootvader in Moskou. De conversatie ging moeizaam maar
leuk, met het aanwijzen van zinnetjes en het maken van tekeningen. Met zijn
vieren gepicknickt, waarbij iedereen zijn meegebrachte levensmiddelen uitstalde
en deelde. De zoektocht naar de restauratiewagen, voor koffie, bleek
tevergeefs, maar we kregen wel thee uit kleine glaasjes, met grote zwarte
blaadjes en met het warme water uit de ketel van de trein.
Het landschap, waar de trein tergend
langzaam doorheen kroop, was niet bijzonder: van vlak tot licht glooiend; van
dunbebosd tot kleine dorpjes in de verte. We hadden tamelijk uitgebreide
grenscontrole - van de Oekraïners, niet van de Russen - en op het laatste
station van het relatief goedkope Oekraïne werd nog eens uitgebreid markt
gehouden: vooral de appels gingen met emmers tegelijk de trein in.
Bijtijds onder de wol, maar slapen
viel niet mee met al het gepiep en geknars en geschommel... Om negen uur 's
ochtends kwamen we dan eindelijk, tamelijk gebroken, in Moskou aan. Lena had
ons wat Russische roebels gegeven voor de metro.
Meer
Meer blogs van Lily over Oekraine
Geen opmerkingen:
Een reactie posten